Onafhankelijkheid
Anissito
En hij verblijft onafhankelijk en grijpt zich nergens in de wereld aan vast.
Inhoudsopgave
Niet hechten aan gelijkmoedigheid
'Onafhankelijk'; 'onafhankelijkheid'.
Inleiding
Wanneer iemand zich nergens meer aan vastklampt leeft hij bevrijd, onafhankelijk van begeerte (tanha) en verkeerde kijk (ditthi) voort, hij klampt zich nergens in de wereld aan vast en denkt daarom ook niet abusievelijk in termen van 'mijn', 'mij' of 'ik', noch van een goddelijke schepper, noch van welke autoriteit dan ook, noch van de wereld.
Afhankelijkheid (nissito), het tegenovergestelde van onafhankelijkheid, impliceert o.a. ook gevaar (adinava) in elk opzicht. Contemplatie van gevaar (adinavanupassana) verdrijft afhankelijkheid (nissito) vanwege gehechtheid.
"(...) en hij verblijft (viharati) onafhankelijk (anissito) en grijpt zich nergens in de wereld aan vast."
D22 — Maha Satipatthana Sutta — De grote toespraak over de vier fundamenten van indachtigheid
Niet gebonden aan kennis
De term anissito gebruikt de Boeddha o.a. herhaaldelijk bij elk van de oefeningen binnen de vier fundamenten van indachtigheid (D22 — Maha Satipatthana Sutta — De grote toespraak over de vier fundamenten van indachtigheid). Zelfs bij de indachtigheid van de mentale objecten, zoals de vier Edele Waarheden (hetgeen de basis van de Leer is), zegt hij dit. Dit impliceert dus dat zelfs de arahat niet gebonden is aan de kennis die deel uitmaakt van het pad naar arahatschap (zie ñana bandhu).
Het vlot
Onafhankelijk zijn heeft ook betrekking tot het niet hechten aan de Dhamma. Lees de toelichtingspagina De gelijkenis van het vlot waarin de Boeddha uitlegt dat zijn Leer er niet is om aan te hechten maar om de oversteek te maken. De oversteek van het bestaan dat vol gevaren en lijden is naar de veiligheid (khemam) en vrede (santi) van Nibbana.
Niet hechten aan gelijkmoedigheid
Wanneer iemand de hoogste factor van verlichting heeft gerealiseerd, moet iemand zich daar niet in verheugen. Doet iemand dat wel, dan is dat vastgrijpen waardoor er een afhankelijkheid gecreëerd wordt. In M106 — Aneñjasappaya Sutta — De weg naar het onverstoorbare stelt Ananda een vraag aan de Boeddha over gelijkmoedigheid (upekkha) en hij vraagt of degene die gelijkmoedigheid verworven heeft, Nibbana bereikt. De Boeddha antwoord hem dat de één Nibbana zou kunnen realiseren en de ander niet. Dat is omdat er in zo'n geval — wanneer iemand verheugd is wanneer hij gelijkmoedigheid verworven heeft — er nog steeds een idee van 'ik' (attanuditthimuhacca) is dat tussenbeide komt. En dat is nog steeds geen uitblussing (nirodha) waardoor Nibbana niet wordt verwerkelijkt. De Boeddha beantwoord de vraag van Ananda als volgt. Onthoud het goed:
M106 — Aneñjasappaya Sutta — De weg naar het onverstoorbare
Niet hechten aan meningen
In de Leer van de Boeddha heeft het niet hechten aan meningen (ditthi) en leerstellingen (inclusief de boeddhistische Leer) een primaire rol. Hechten aan meningen is de eerste van de tien banden (saññojana) die wezens aan lijden binden. Door het hechten aan meningen wordt bevrijding daarvan afhankelijk gemaakt. Bevrijding van lijden is niet ergens afhankelijk van. Er is wel een voorwaarde en dat is om alle zelfzucht op te geven.
De dingen zien zoals je ze wilt zien (subjectief) is heel wat anders dan de dingen zien zoals ze werkelijk zijn (objectief). Een mening behelst een persoonlijke kijk op dingen, het persoonlijk invullen van wat de realiteit is. De tussenkomst van 'ik' is wat de bevrijding (vimutti) van lijden (dukkha) in de weg staat. Dit 'ik' wordt aangesterkt, gevoed (ahara) door zintuiglijke verlangens (kamacchanda), de wil van de zintuigen. Hoe vaker hieraan toegegeven wordt, hoe eerder iemand de dingen ziet zoals die gezien willen worden. Waarneming bouwt een herinnering op en met die herinneringen wordt ook een 'wereld in de geest gebouwd'. Vergeet dus niet dat we vijf fysieke zintuigen en één mentaal zintuig hebben. Daarom hebben mensen vaak ideeën over iets dat een verdraaide visie van de realiteit oplevert.
Iemands (subjectieve) visie wordt dus bepaald door 'de wil van de zintuigen'. Hoe minder zintuiglijke controle er is (en hoe meer er aan toegegeven wordt), hoe eerder iemand zich laat beïnvloeden (asava). Dan laat je jezelf op sleeptouw nemen.
De Boeddha wijst de weg naar de bevrijding van lijden. De kern waar het in zijn Leer om draait, is om 'de dingen te zien zoals ze werkelijk zijn' (yathabhuta) oftewel totaal objectief gewaarzijn (sampajañña).
Bevrijding van lijden kan alleen worden gerealiseerd door niet vast te grijpen in het waarnemen, door het 'ik' er tussenuit te laten. Het 'ik' blokkeert de stroom van intuïtieve wijsheid. Het is dan ook dat 'ik' dat overwonnen moet worden. De zintuiglijke toegeeflijkheid wat het 'ik' voedt, kan worden gezien als de misleiding van Mara en het betekent gevaar, nadeel (adinava). Je laten beïnvloeden door Mara impliceert een onderwerping. Dit moet overwonnen worden (atta jinati). Dit is waarom de Boeddha de Leraar van de Leer van geen-zelf is (sattha anatta vadi).
Beheersing van de zintuigen, het onafhankelijk zijn van wat dan ook, het op eigen benen staan, je nergens door laten beïnvloeden, komt allemaal neer op het niet vastgrijpen in het waarnemen. Zo wordt er niks 'bijgemaakt', is er geen toename (papañca), geen persoonlijke invulling. Dit leidt tot totaal objectief gewaarzijn (sampajañña) dat begint met het vrij zijn van meningen (ditthi) en zijn hoogtepunt bereikt bij het vrij zijn van onwetendheid (avijja).
"Hier (idha), Bahiya, moet je jezelf aldus trainen: 'In hetgeen men ziet, zal slechts zijn wat gezien is; in hetgeen men hoort, zal slechts zijn wat gehoord is; in hetgeen gevoeld wordt, zal slechts zijn wat gevoeld is; in hetgeen men waarneemt, zal slechts zijn wat waargenomen is.' Op deze manier moet je jezelf trainen, Bahiya."
Ud1-10 — Bahiya Sutta — Bahiya

Lees de methode die cruciaal is in inzicht meditatie: Wees altijd als een passieve toeschouwer.
Je kunt het idee hebben dat de aarde plat is omdat je dat zo geleerd hebt, maar dat is slechts een idee dat geconditioneerd is door opvoeding etc. Je kunt het idee hebben dat je een vrij mens bent wanneer je in je geboortepak in het openbaar rondloopt. Ook dat idee is geconditioneerd; het is o.a. ontstaan doordat je er een 'fijn gevoel' bij krijgt. Maar gevoelens (vedana) zijn net zo persoonlijk en ontstaan afhankelijk van onze voorkeur en afkeer (anurodhapativirodha). Iemand waarbij morele schaamte (hiri) is ontwikkeld heeft dat gevoel (in dit voorbeeld) juist niet en heeft dan ook een volstrekt andere visie. Zo zien we dat ideeën, meningen en opvattingen onze persoonlijke visie inkleuren.
Je kunt een idee hebben over wat Nibbana is, maar dat is slechts een idee. Het gaat alleen maar over Nibbana, maar dat is het niet. We kunnen hoogstens een richting aangeven zodat we er een idee over kunnen hebben. Echter, een idee is geconditioneerd (sankhata), maar Nibbana is het ongeconditioneerde (asankhata). Wanneer iemand in eigen persoon Nibbana heeft ervaren (veditabba) kan daar geen enkel idee aan tippen.
Door geheel vrij te zijn van ideeën en opvattingen zijn we in staat te ontwaken (bujjhati) tot de realiteit (sacca). De gehele Leer is gebaseerd op het niet hechten, het niet-afhankelijk zijn, van ongeacht welk geconditioneerd fenomeen dan ook. Want waar afhankelijkheid is, daar kan geen vrijheid zijn. De basisformule van de Paticcasamuppada — De leer van het afhankelijk ontstaan, geeft dan ook de afhankelijkheid (toename van lijden) en de niet-afhankelijkheid (afname van lijden) weer.
Wanneer dit er is, ontstaat dat. Wanneer dit er niet is, kan dat niet ontstaan. Iets kan alleen ontstaan uit iets anders als er een afhankelijkheid is. Wanneer die afhankelijkheid van iets er niet is, kan daar niets uit ontstaan.
RegID | hmzbmxhTpp5KpN9 |
---|---|
Bijgewerkt | 23 mei 2025 21:54:20 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Geen |