De eerwaarde Attadattha
Sommigen beweren dat het Theravada boeddhisme een egoïstische vorm van boeddhisme is door te stellen dat het uitsluitend geconcentreerd is op de eigen bevrijding. In deze opvatting wordt echter een essentieel aspect niet gekend, namelijk dat je eerst goed voor jezelf moet zorgen voordat je anderen op de juiste manier kunt helpen. Ook op maatschappelijk vlak is het van belang dat elk individu die deel uitmaakt van die maatschappij, zichzelf disciplineert. Al het goede begint bij jezelf; wat goed is, dat is niet egoïstisch. Ook al lijkt dat misschien zo. Nadat hij goed voor zichzelf had gezorgd, heeft de Boeddha zich 45 jaren lang onvermoeibaar ingezet voor het geluk en het welzijn van anderen, en toch zeggen sommigen: "de school van de ouderlingen (Theravada) is egoïstisch." Zie ook ekayana.
166. Laat iemand niet het welzijn van anderen verwaarlozen, hoe groot dat ook is. Maar men moet zich vooral gewaar zijn van zijn eigen welzijn en daar aandacht aan besteden.
attad'attham paratthena bahun'api na hapaye attad'attham abhiññaya sadatthapasuto siya
Iemand zou in zijn eigen spirituele vooruitgang niet nalatig moeten zijn in de loop van vele handelingen van service tot anderen. Wees je volledig gewaar van je eigen spirituele interesse, en promoot je eigen hogere doelen.
Deze instructie werd door de Boeddha gegeven terwijl hij in het Jetavana Klooster verbleef, met verwijzing naar de eerwaarde Attadattha.
Toen de Boeddha verklaarde dat hij binnen vier maanden het Parinibbana zou bereiken, zei hij: "Monniken, over vier maanden zal ik het Parinibbana bereiken." Daarop waren zevenhonderd puthujjana monniken diep bezorgd en zij bleven steeds dicht bij de Boeddha, en fluisterden tegen elkaar: "Broeders, wat moeten we doen?" Maar Attadattha dacht bij zichzelf: "De Meester zegt dat hij over vier maanden Parinibbana zal bereiken. Op dit moment heb ik mezelf nog niet bevrijd van de kracht van bezoedelingen. Daarom zal ik, zolang de Meester nog in leven is, uit alle macht streven naar de verwerkelijking van arahatschap." En zo ging de eerwaarde Attadattha niet meer met de monniken mee naar de Boeddha.
De monniken zeiden tegen hem: "Broeder, wat is de reden dat je ons gezelschap vermijdt en niet meer met ons praat?", en omdat zij hem niet begrepen, brachten zij de eerwaarde Attadattha naar de Meester en zij rapporteerden hem het voorval met de woorden: "Bhante, deze monnik schijnt niet van u te houden en u te vereren zoals wij dat doen; hij trekt zich terug." Toen vroeg de heer aan Attadattha: "Waarom gedraag je je zo?" De ouderling antwoordde: "Bhante, u hebt gezegd dat u over vier maanden het uiteindelijke Parinibbana zult bereiken. Daarom heb ik besloten dat ik, zolang u nog in leven bent, uit alle macht zal streven naar de verwerkelijking van arahatschap." Dit was de enige reden waarom hij niet naar de Boeddha kwam.
De Boeddha prees hem hiervoor en zei tegen de monniken: "Monniken, degenen die van mij houden en die mij vereren zouden moeten handelen als Attadattha. Men betuigt mij geen hulde (puja) door simpelweg bloemen, reukwaren en wierook te offeren en door hier te komen om mij te zien; men betuigt mij alleen hulde door het beoefenen van de Dhamma die ik jullie onderwezen heb. Daarom zouden anderen het voorbeeld van de ouderling Attadattha moeten volgen." En toen uitte hij het vers waar dit verhaal mee begon. Aan het einde van deze toespraak, bereikte de eerwaarde Attadattha, arahatschap.
Uitleg vertaling vers 166
bahuna api paratthena attadattham na hapaye attadattham adhiññaya sadatthapasuto siya
bahuna api: om overvloedig te zijn; paratthena: anderen te dienen; attadattham: in het voordeel van iemands eigen spirituele vooruitgang; na hapaye: hinderen niet; attadattham: maar iemands eigen voordeel; adhiññaya: zou volledig begrepen moeten zijn; sadatthapasuto siya: ben (daarom) een promotor van je eigen spirituele doelen
Commentaar
Tip Voor een nadere uitleg van de essentie van het commentaar en meer, raadpleeg de link(s). Vaak zijn er meer verwijzingen.
attadattham: 'Iemands eigen welzijn'.
Persoonlijke heiliging moet niet opgeofferd worden ter wille van uiterlijke aanbidding. Men moet dit vers niet verkeerd begrijpen. Het betekent niet dat iemand niet onbaatzuchtig zou moeten werken voor het welzijn van anderen. Onbaatzuchtige dienstverlening is door de Boeddha in hoge mate geprezen. Het woord 'welzijn' verwijst hier naar iemands eigen doel, dat wil zeggen, Nibbana.
RegID | Dhp166 |
---|---|
Bijgewerkt | 24 december 2023 10:34:20 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Dammapada 166 |