De Boeddha — Boeddhisme is compleet anders
Veel mensen denken dat alle religies dezelfde boodschap hebben, maar de boodschap van de Boeddha is een compleet andere.
Inhoudsopgave
Geen heiligen buiten deze Leer
Bevrijding is alleen mogelijk door inzicht
Geen plaats voor een goddelijke redder
Geen heiligen buiten deze Leer
De meeste mensen gaan er als vanzelfsprekend vanuit dat de grote wereldreligies allemaal op hetzelfde neerkomen. Maar niets is minder waar. Zoals bij alles, zal een beetje onderzoek naar de feiten al snel een compleet andere indruk achterlaten. Om het wel heel makkelijk te maken, kunnen we ook meteen met de deur in huis vallen en een rechtstreekse verklaring van de Boeddha zelf aanhalen.
Dit is het antwoord op de vraag van de zwerver Subhadda die de Boeddha vroeg of alle beroemde leraren tot de realiteit waren ontwaakt.
5.27. "In elke Dhamma en Discipline (dhamma vinaya) waar het Achtvoudige Pad niet wordt aangetroffen, wordt geen ware asceet (samana) van de eerste, de tweede, de derde of van de vierde graad van heiligheid aangetroffen. Maar zulke van de eerste, de tweede, de derde of van de vierde graad van heiligheid, worden aangetroffen in een Dhamma en Discipline waar het Achtvoudige Pad wordt aangetroffen. Welnu, Subhadda, in deze Dhamma en Discipline wordt het Achtvoudige Pad aangetroffen en hierin worden asceten van de eerste, de tweede, de derde en de vierde graad van heiligheid aangetroffen. Andere religies zijn verstoken van ware asceten. Maar, Subhadda, als de monniken in deze religie het perfecte leven leiden, zal de wereld niet verstoken zijn van arahats."
"Negenentwintig jaar was ik,
toen ik de wereld verzaakte om het Goede te zoeken.
Meer dan vijftig jaren zijn er verstreken, Subhadda
vanaf de dag dat ik de wereld verzaakte.
En in al die tijd ben ik een zwerver geweest
in het domein van deugd en van waarheid,
en buiten deze Leer,
is er geen heilige van de eerste graad."
"En er is geen heilige van de tweede graad, noch van de derde graad, noch van de vierde graad. Verstoken van ware asceten zijn de systemen van andere leraren. Maar, Subhadda, als de monniken in deze religie het perfecte leven leiden, zal de wereld niet verstoken zijn van arahats[1]."
D16 — Maha Parinibbana Sutta — Het grote heengaan
Dit is echter niet de enige keer dat de Boeddha heeft verklaard dat er geen heiligen in die religies zijn waar het Edel Achtvoudige Pad (ariya atthangika magga) ontbreekt. Voor hen die de Leer goed kennen, is dat heel logisch. Maar voor hen die de essentie van de Leer niet kennen, roept dit natuurlijk vraagtekens op. Daarom volgt er zo meteen wat nadere uitleg, wat niet automatisch betekent dat het dan wel duidelijk is.
Bevrijding is alleen mogelijk door inzicht
Een erg belangrijke kern in de boeddhistische Leer is, dat de Boeddha in zijn verlichting drie kenmerken heeft ontdekt die alle mentale en fysieke verschijnselen gemeen hebben.
Alles wat de aard van opkomen in zich heeft, heeft ook de aard van vergaan in zich. Zodra iets opkomt, treedt het proces van verval al in werking. Daarom worden alle verschijningsvormen, alle dingen in het bestaan, gekenmerkt door deze drie eigenschappen:
- De eerste eigenschap is dat alle dingen vergankelijk zijn.
- Omdat dingen vergankelijk zijn, zijn dingen onvolmaakt en onbevredigend van aard en daarom in essentie beladen met lijden. Dit is de tweede eigenschap.
- De derde eigenschap is, dat alle dingen veranderen. Alles is zonder een 'zelf', zonder enige vaste kern. Er is geen enkel fenomeen in het hele universum dat twee momenten hetzelfde blijft. Dit is de derde eigenschap die alle dingen gemeen hebben.
De ware aard van dingen ligt besloten in deze drie kenmerken. Wanneer wij deze kenmerken niet begrijpen, is er geen waar inzicht, geen ware wijsheid, die nodig is voor de bevrijding van lijden. De menselijke geest is vol bezoedelingen die eerst verwijderd moeten worden voordat een diepgaand inzicht kan groeien. Maar het zuiveren van de eigen geest kan alleen door zelfcultivering, door de juiste training en de juiste instructies.
Zie ook
- Ti lakkhana — De drie kenmerken van het bestaan
Geen plaats voor een goddelijke redder
De drie kenmerken worden door geen enkele godheid verkondigd, ook niet door zijn afgezant. Het is alleen een Boeddha die de drie karaktereigenschappen verkondigt. Daarom kan de boodschap van geen enkele godheid ons bevrijding van lijden schenken. Wijzelf moeten het werk doen om tot deze realiteit te ontwaken.
De drie kenmerken ondersteunen de Vier Edele Waarheden (cattari ariya sacca) die het fundament zijn van het gehele boeddhistische systeem, dus ook het Edel Achtvoudige Pad (ariya atthangika magga), het trainingssysteem dat door de Boeddha is opgezet.
De Boeddha is niet een god of een afgezant van een god, maar een mens. Wel een heel bijzondere mens. Vele levens had hij nodig om een Pad te herontdekken dat naar het ophouden van lijden voert. Het is hetzelfde Pad dat ook andere Boeddha's ontdekten die hem voorgingen. Dit Pad is het boeddhistische trainingssysteem dat een boeddhist praktiseert. Want wij moeten zelf oefenen als we het doel (Nibbana) willen bereiken. De Boeddha kan alleen maar wijzen. Zijn Leer zien we louter als een vlot waarmee je de overkant kunt bereiken, de kust van veiligheid, vrijheid en bevrijding van lijden. Er is dus ook geen hechten aan zijn leerstelling. Als de 'overkant' bereikt is, heeft het 'vlot' haar dienst bewezen en kunnen we het weggooien.
Om bevrijding van lijden te realiseren, moeten wij zelf ontdekken wat de Boeddha ontdekt heeft. Hij wees er steeds op dat elk mens het potentieel in zich heeft om verlichting te bereiken. Daarmee heeft hij de mens boven elke godheid geplaatst. Een boodschap van welke godheid dan ook, kan ons geen bevrijding van lijden schenken. En een scheppingsverhaal heeft in het boeddhisme al helemaal geen plaats. Boeddhisme is geen verzinsel, maar een ontdekking.
Het volgende vers uit de Dhammapada geeft duidelijk aan dat het helemaal aan ons zelf is:
183. Het vermijden van al het kwaad, altijd het goede doen en de eigen geest zuiveren; dit is de Leer van alle Boeddha's.
sabbapapassa akaranam kusalassa upasampada saccita pariyodapanam; etam Buddhana Sasanam
In het boeddhisme is er geen plaats voor een goddelijke schepper of een wezen waarvan wij afhankelijk zijn voor onze bevrijding of geluk. De bewering dat er een goddelijke schepper is, is volgens de boeddhistische gedachtegang gebaseerd op een verkeerd inzicht in de ware aard van dingen (de drie kenmerken). De Boeddha heeft religies waarin een goddelijke macht de scepter zwaait, krachtig verworpen.
Verder zorgt een geloof in een goddelijke schepper ervoor dat men de eigen verantwoordelijkheid naast zich neerlegt. Een schepper bepaalt ook je lot, hetgeen mensen inactief maakt ten opzichten van het nastreven van een deugdzaam leven. Als alles de 'wil van een god is', dan begrijp je niet dat je eigen wilshandelingen gevolgen hebben, dus heeft het ook geen enkele zin om een deugdzaam leven te leiden... Maar de Boeddha benadrukte steeds dat wijzelf de volledige verantwoordelijkheid hebben in alles wat we doen en nalaten en ons niet afhankelijk moeten opstellen van externe hulp. 'Iemand is zijn eigen redder", zei hij (Atta hi attano natho).
Uit de Dhammapada:
160. Iemand is zijn eigen redder; wie anders kan dat zijn? Door jezelf goed te trainen, verkrijg je een redder die moeilijk te verkrijgen is.
atta hi attano natho ko hi natho paro siya attan'ava sudantena natham labhati dullabham
Zie ook
- A03-061 — Tittha Sutta — Dwaalleren
Eindnoten
[1] Voor de graden van heiligheid, zie ariya puggala.
RegID | Vvkkmgx6xM89pli |
---|---|
Bijgewerkt | 18 november 2020 14:21:05 |
Auteur | Peter van Loosbroek — Ananda |
Locatie | www.sleuteltotinzicht.nl |
Copyright | Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm |
Overig | Geen |