Anathapindika schenkt het Jetavana klooster

De belangrijkste mannelijke sponsor van de Boeddha schenkt het Jetavana klooster.

Terwijl hij in Rajagaha op zakenreis was, bezocht Anathapindika zijn zwager die hij in een zo verstrooide toestand aantrof met het regelen van een feestmaaltijd, dat hij vergat om Anathapindika op zijn gebruikelijke manier te verwelkomen. "Wat is de grootse gelegenheid?", vroeg Anathapindika, "een trouwdag? Een bezoek van een koning?" En hij kreeg te horen dat deze voorbereidingen bedoeld waren om de volgende dag de Boeddha en zijn monniken te ontvangen.

Door simpelweg het woord 'Boeddha' te horen, werd Anathapindika door zulk een vreugde vervuld, dat hij te kennen gaf deze 'Boeddha' meteen te willen ontmoeten. Maar er werd hem verteld dat het niet het geschikte moment was, en dat de Boeddha verbleef in het Sitavana bos dat daar in de buurt was. De volgende ochtend zou de ontmoeting wel kunnen plaatsvinden, dus moest hij nog een nacht slapen.

Anathapindika was zó overvol van vreugde vanwege het in de zeldzame gelegenheid te zijn van een ontmoeting met een volledig verlicht menselijk wezen, en hij was zo hoopvol, dat hij gedurende de nacht wel drie keer wakker werd en dacht dat het al ochtend was. Tenslotte vertrok hij al voor zonsopgang, maar toen hij de stad verlaten had en het woud inging, realiseerde hij zich dat het nog wel even zou duren voordat het licht zou worden, en hij werd bang want het was nog pik donker. Bovendien moest hij langs een begraafplaats. Hij aarzelde en overwoog om terug te gaan toen plotseling Sivaka de demon (yakkha) — zelf onzichtbaar — verscheen en de hele omgeving verlichtte en hem aanspoorde om verder te gaan met deze woorden:

Honderd olifanten en paarden,
ja, en honderd wagens getrokken door muilezels,
en honderdduizend meisjes met oorringen bezet met juwelen —
deze zijn nog geen zestiende deel waard van een enkele stap.

Vooruit, o burger, ga voorwaarts,
want doorgaan is beter voor jou dan terugkeren!

Zijn angst verdween en daarvoor in de plaats verscheen geloof (saddha) in de Boeddha. Het licht verscheen weer en hij spoedde zich voorwaarts. Desalniettemin gebeurde dit een tweede en derde keer. Uiteindelijk arriveerde hij in het Sitavana bos. Anathapindika en de Boeddha ontmoetten elkaar in het vroege morgenlicht toen de Boeddha daar op en neer liep. Hij reageerde op zijn bezoek door Anathapindika bij zijn familienaam — Sudatta — aan te spreken.

Anathapindika was verheugd door het feit dat de Boeddha hem op die wijze aansprak. Respectvol vroeg hij of de Boeddha gelukkig rustte waarop de Meester dit antwoord gaf:

Hij rust zeker te allen tijde gelukkig,
de arahat, in wie alle vuren zijn uitgeblust.

Die niet kleeft aan zintuiglijke hartstochten,
kalm is zijn gehele wezen, ontdaan van alle kiemen
dat nieuw leven brengt. Alle lasten zijn weggenomen.

De pijniging van het hart is overwonnen.

Kalm en sereen rust hij in een gelukkige toestand,
want zijn geest heeft Vrede bereikt.

Anathapindika schenkt het Jetavana.

Anathapindika schenkt het Jetavana.

Later nodigde Anathapindika de Boeddha uit om de volgende regenseizoenen in Savatthi door te brengen. De Boeddha stemde in, en maakte duidelijk dat hij accepteerde dat Anathapindika hem en zijn monniken voorzag van een rustige plaats om te wonen wanneer hij daar in de buurt was. "Huishouder, de Tathagata houdt van lege plaatsen." — "Ik begrijp het, Heer. Ik begrijp het, Gelukkige."

Toen Anathapindika terug was in Savatthi, begon hij naar een plek te zoeken om de Boeddha en zijn monniken te huisvesten. De meest geschikte plaats bleek een prachtig park te zijn, even buiten Savatthi en behorende aan prins Jeta. Anathapindika ging naar prins Jeta en vroeg hem welke prijs hij voor het park wilde, maar de prins gaf te kennen dat hij niet geïnteresseerd was in de verkoop van het park. Maar Anathapindika bleef erbij dat de prins een prijs moest noemen, en uiteindelijk, uit verbittering en om van hem af te komen, vroeg de prins een onrealistisch hoge prijs van honderdduizend goudstukken. En tot zijn grote verbazing ging Anathapindika akkoord!

Al gauw arriveerden bedienden met karren vol gouden munten en begonnen die op de grond uit te spreiden. Op dit moment werd prins Jeta minder streng en realiseerde hij zich hoe vastberaden Anathapindika was om het park in bezit te krijgen. De rest van het geld werd gebruikt om een groot kloosterlijk complex te bouwen. Uit eerbied voor de twee mannen die verantwoordelijk waren voor het in bestaan komen van het complex, werd de plaats Jetavana Anathapindikarama genoemd (Het Woud van Jeta, Anathapindika's Klooster). In de daarop volgende jaren werden verscheidene gelijke kloosters gebouwd rondom Savatthi. Het Pubbarama klooster (het Oostelijke klooster) — nu vertegenwoordigt door het dorp Khanbari — en het Rajakarama, zijn de beroemdste.

Het was in deze kloosters en andere locaties rondom Savatthi, waar de Boeddha de meeste toespraken hield.

Document info
RegID tijdgenoten-anathapindika-01
Bijgewerkt 26 december 2020 23:49:56
Auteur Peter van LoosbroekAnanda
Locatie www.sleuteltotinzicht.nl
Copyright Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm
Overig Geen