De vaststaande feiten van de wet

Dhamma-Niyama Sutta

Hier legt de Boeddha uit dat de ware aard van fenomenen onomstotelijk vast staat en dat dat niet bepaald wordt door het feit of er nu wel of geen Perfecten in de wereld worden geboren. Maar in tegenstelling tot andere religieuze leraren, onderwijst alleen een Boeddha de ware aard van fenomenen.

Aldus heb ik gehoord (evam me sutam). Eens verbleef de Gezegende nabij Savatthi in het Jetavana, het park van Anathapindika. Daar wendde hij zich tot de monniken en hij zei: "Monniken." — "Ja, bhante", antwoordden zij hem. En de Gezegende sprak toen als volgt:

"Of dat er nu wel Volledig Verlichten in de wereld verschijnen, of dat er géén Volledig Verlichten in de wereld verschijnen, het blijft steeds een onwrikbare toestand, een onveranderlijk feit en vaste wet: dat alle dingen vergankelijk zijn (anicca), dat alle dingen onderhevig zijn aan lijden (dukkha), dat alle fenomenen zonder een zelf zijn (anatta)."

"Een Tathagata is volledig tot dit feit ontwaakt en doorziet dit. Nadat hij daar volledig tot ontwaakt is en dat doorziet, kondigt hij dit aan en onderwijst dit, maakt dit bekend, presenteert dit, onthult dit, verklaart dit en maakt duidelijk, dat: alle samengestelde dingen vergankelijk zijn, dat alle samengestelde dingen tot lijden strekken en dat alle dingen zonder een zelf zijn[1]."

Dat is wat de Gezegende zei. De monniken waren tevreden en verheugden zich in de woorden van de Gezegende.

Eindnoten

[1] Dit wordt alleen door Boeddha's onderwezen, niet door andere religieuze leraren.

Document info
RegID A03-134
Bijgewerkt 14 december 2022 14:37:14
Auteur Peter van Loosbroek — Ananda
Locatie www.sleuteltotinzicht.nl
Copyright Zie a.u.b. copyright www.sleuteltotinzicht.nl/glb_copyright.htm
Overig Geen